Zoeken

Bierbrouwerij De Leeuw

Brouwerij

Historisch Erfgoed

Opgericht: 1716
Gestopt: 1952

Etiketten:

Provincie: Noord-Brabant

Vestigingsadres

Jan Smuldersstraat 24 Vessem (gemeente Eersel)

Geschiedenis

Volgens een verklaring van de Schout en Schepenen van Vessem was de herberg en brouwerij van Evert van Poppel al ver voor 1716 actief. Hoe lang precies is niet bekend. Na zijn overlijden in 1751 ging de brouwerij naar zijn dochter Maria Catharina van Poppel en haar echtgenoot Godefridus Swerts. Kort daarna overleed Godefridus Swerts en hertrouwde Maria van Poppel met Joannes Jacobus Vissers. Na diens overlijden in 1801 bleef de brouwerij in handen van de familie Swerts.

Cornelis Swerts, pastoor te Oerle, erfde in 1844 de brouwerij met ketelkuypen, vloten, vaten en ander daarbij behoorende gereedschappen en voorwerpen alsmede huis en erf de Leeuw met daarbij behorende moestuin, boomgaard en weiland. In 1857 was Cornelis Hordijk eigenaar en in 1873 Leonardus Wouters. Zijn dochter Maria Theresia Wouters trouwde in 1880 trouwde met Peter de Rooij.

In 1904 veroorzaakte vonken uit de schoorsteen van de brouwerij een grote brand waarbij zeven huizen in de buurt werden verwoest, waaronder het woonhuis en de boerderij van De Rooij. Meer onheil kwam toen hij wegens fraude in de brouwerij in 1909 door de Bossche rechtbank werd veroordeeld tot 25 gulden boete of 50 dagen hechtenis. Door de voortdurende stijging der grondstoffen was Peter de Rooij in 1917 genoodzaakt om de prijs van het gewone versch bier te verhogen tot fl. 19 per ton en het oud bier tot fl. 20 per ton.

Vanaf 1926 nam Harrie de Rooij samen met zijn zeven broers en zussen de brouwerij over van zijn vader. Een jaar later meldde het handelsregisters dat hij de enige eigenaar was geworden. Hij ging over op de productie van ondergistend bier en vanaf 1939 werd ook limonade uit Vaesheimer Bron geproduceerd.

Na de Tweede Wereldoorlog werd nog geïnvesteerd in nieuwe brouwketels, gistkuip en lagerkelder, maar de marktomstandigheden waren ongunstig. Piet de Rooij, die de brouwerij inmiddels van zijn vader had overgenomen, besloot in 1952 te stoppen met brouwen en verder te gaan als agent van Heineken.

Bijna zestig jaar later, in 2011, werd opnieuw een brouwerij opgericht in het pand aan het Jan Smuldersplein. Brouwerij De Gouden Leeuw stelde zich daarmee het doel om het brouwerij-erfgoed in ere herstellen.