Biermedia en aandacht voor bier in de media
1 februari 2019 - Rick Kempen.
Het heeft tot iets meer dan tien jaar geleden geduurd voordat er in Nederland een tijdschrift werd gepubliceerd dat alleen aan bier is gewijd. Geheel onlogisch is dat niet: een blad dat louter over pils ging is niet zo bijster interessant, en het was een eeuw lang pils dat vrijwel in zijn eentje de klok sloeg. Magazines over pils waren er overigens wel, maar dat waren altijd intern gerichte brouwerij bladen. Voor de consument was er niets, behalve natuurlijk PINT Magazine, maar dat was dan wel het verenigingsblad van de Nederlandse bierconsumenten - het verschijnt alweer bijna veertig jaar, maar is niet te krijgen als je geen lid bent. In horecavakbladen was de aandacht voor bier minimaal, alle ‘Rondjes bier’ van Dick Wildeman en Sander van Werkhoven ten spijt. Hoe anders is dat nu?
Het vak van de journalistiek
Als er al aandacht aan bier werd besteed in de media, dan betrof dat vooral het economische aspect. Brouwerijen die elkaar overnamen, of een jubileum - dat was het wel zo’n beetje. Eerlijk gezegd verschenen er meer advertenties over bier in de media dan informatie - zoals eerder gesteld omdat er weinig te informeren viel, anders dan dat het bier weer best was. Zo is de opbloeiende bierwereld lang aan de aandacht van de media ontsnapt: de bierrevolutie bereikte de redactieburelen in het beste geval in de vorm van een kater van een stagiaire, opgelopen in een pas ontdekt etablissement - maar daar zat dan weer geen ‘stukkie’ in.
Was een journalist vroeger een nieuwsgaarder die zijn informatie vooral in de kroeg opdeed, tegenwoordig zitten vrijwel alle letterknechten keurig van iets over negen tot iets voor vijven achter hun klapdoos in een kantoortuin. In die kroegen werd alleen pils geschonken, vergezeld van een jonkie - de kopstoot als inktpot. Met de verzakelijking van de journalistiek verdween een groot deel van dat ruimhartige kroegbezoek, en daarmee aardig wat bruine kroegen. Die verzakelijking ging de bierrevolutie een decennium of twee voor, waarmee meteen verklaard wordt waarom ‘het nieuwe bier’ grotendeels aan de aandacht van de media ontsnapte.
Wordt er nu aandacht besteed aan bier in een krant of op radio en teevee, dan valt vooral op hoezeer het journalistenvak is gedevalueerd. Van enige bierkennis is geen sprake en de bevraagde bierexperts worden doorgaans verkeerd geciteerd - vooropgesteld dat zij de juiste informatie gaven. Zodoende wordt een stout een Engelse dubbel en raadt men aan brood te bakken met bier, want het is feitelijk toch een pot nat. En wordt er gekeken naar enige commerciële betrokkenheid van de commentatoren? De vraag stellen is hem beantwoorden.
De devaluatie wordt het pregnantst duidelijk bij het bedenkelijke niveau van ‘fact checking’: iedere (natte) wind die gelaten wordt door de gezondheidsmaffia wordt klakkeloos overgenomen en zo zit bier zonder enige nuance opeens in de beklaagdenbank, als sluipmoordenaar van de samenleving. Luchthartig wordt daarmee de bijl gezet aan de wortel van de opbloeiende Nederlandse biercultuur, en haar erfgoed - het volgende stukkie moet immers nog gecontrol-c gecontrol-v’d worden.
Consumentenbladen
Waar Bier! Magazine een pioniersrol vervulde en lang als enige in haar soort verscheen zien we nu schoorvoetend nieuwe initiatieven zoals Schuim en Buik opkomen. Opmerkelijk is dat deze zich vooral op de ’beleving’ richten, het lifestyle aspect van bier - niet per se inhoudelijk informatief. Een duidelijker teken aan de wand van de veranderde bierconsument kan niet gezet worden, lijkt me.
Bij onze Zuiderburen is dat niet anders. Bierpassie Magazine vierde haar twintigjarig bestaan - de Belgen zijn ons, qua biererfgoed natuurlijk altijd een stapje voor - terwijl Biere Grand Cru zich daarnaast een stevige plek heeft verworven. Evenwel stierf Arnold, geconcipieerd en volledig geproduceerd door dé Vlaamse biervrouw Sofie Vanrafelghem, een supersnelle dood.
Wie niet beter weet zou dus kunnen denken dat de (Nederlandse) bierliefhebber liever bier drinkt dan erover leest. En wie beter weet kan die gedachte ook maar moeilijk van zich afschudden. Wie zou overigens deze blogs lezen, anders dan het blije trio dat ze schrijft (en de mensen die de site onderhouden)?
Vakmedia en onverwachte aandacht
Goed nieuws is er ook. De twee horecavakbladen die Nederland telt (Entree Magazine en Misset Horeca) besteden meer en meer aandacht aan bier - op zeer inspirerende en informatieve wijze. Beide magazines nemen op hun eigen manier horecaprofessionals bij de hand om wijs te worden in het veranderde bierlandschap. Dat (b)lijkt hard nodig want nog immer excelleren horecaopleidingen in het stelselmatig negeren van bier als onderwerp - wonderlijk, mede gezien het forse belang dat deze productgroep inneemt op de resultatenrekening van menig horecabedrijf.
Wellicht de meest indrukwekkende media-aandacht die aan bier wordt geschonken vinden we in de supermarkt. Twee jaar opeen bracht ‘s lands grootste grutter een magazine uit dat de consument uitlegde wat bier was, hoe het gemaakt werd en wat je er al niet voor smaken in ontdekken kon. Toegegeven: geen vrije pers, als je het al pers mag noemen, maar in twee magazines werd meer zinnigs over bier gezegd dan in de gecombineerde edities van de landelijke dagbladen in de afgelopen vijf jaar. Onverwachte aandacht uit verwachte hoek: de supermarkt is per slot van rekening geen museum, bier moet vloeien.
Zo zijn we weer bij de staat van ons nationale biererfgoed beland: als er al media-aandacht voor is, dan wordt die vooral gegenereerd voor en door ‘de handel’. Bier negotiën floreren als de verkoop goed is. De verkoop wordt gestimuleerd als de consument weet wat het koopt en waarom dat de moeite waard is. In dat licht bezien is het wonderlijk dat de brouwers van Nederland zo weinig de pers zoeken - anders dan het plaatsen van advertenties of het genereren van free publicity bij een jubileum.
Wacht eens even. Ligt het wel aan het journaille?